Guus (39) vertelt hoe hij met zijn kennis en ervaring meehelpt.

 ‘Ik woon nu enkele maanden in de wijk van de toekomst en wat ik er zo fijn aan vind, is dat echt iedereen ertoe doet. Ik mag, net als alle andere inwoners, meedenken over hoe de wijk eruit komt te zien. Sterker nog, we zijn hier verantwoordelijk voor onze eigen leefomgeving.  

Co-creatie

We wonen in een innovatieve wijk. Daar hoef ik niet altijd zelf iets voor te doen, maar ik weet dat over alles om me heen nagedacht is.  Toch is dat alleen niet genoeg, innovatie valt of staat met de samenwerking in onze wijk. Niet alleen samenwerking met de buren, maar ook met kennisinstellingen, de gemeente en bedrijven in de buurt. Co-creatie noemen we dat.

Vanavond ga ik weer naar een bijeenkomst van de Gebruikersraad, een groep (toekomstige) bewoners, omwonenden en geïnteresseerden van Brainport Smart District. Samen geven we gevraagd en ongevraagd advies aan organisaties en projecten die binnen de wijkontwikkeling aan bod komen. Omdat ik me verantwoordelijk voel voor de wijk, heb ik me een paar maanden geleden aangemeld voor de raad. Door mijn werk als ICT’er houd ik me dagelijks bezig met het vraagstuk privacy via apps. Door mee te doen met de Gebruikersraad, kan ik mijn kennis en ervaring inzetten om de wijk te verbeteren. Handig dat ik deze kennis heb, maar dat hoeft natuurlijk niet. Er zijn ook mensen die puur vanuit hun ervaring als bewoner meepraten.’

BrandevoortLab

Om even terug te komen op de vele apps die ik ’s morgens check: de BrandevoortLab is het perfecte voorbeeld van hoe wij in de wijk samenwerken met bewoners en andere partijen. Het is een soort digitale bibliotheek. Vanmorgen zag ik bijvoorbeeld dat er volgende week een leuk evenement wordt gehouden, waarbij we nieuwe bewoners kunnen ontmoeten. Er werd een oproepje geplaatst met de vraag om mee te denken over de invulling van de avond. Welke thema’s moeten er absoluut aan bod komen? Ik heb aangegeven dat ik wel wat over digitale veiligheid wil vertellen.

Door mee te denken, heb ik het gevoel dat ik in een wijk woon die echt aansluit bij mijn behoeftes. En ik denk dat meerdere bewoners van onze wijk er zo over denken.’